Care Inn

Column Roland Smulders: Doorkijkje


Columnist Roland Smulders neemt u mee, een kijkje in zijn Oisterwijk:

Roland Smulders (Foto: Iris de Groot).

 

Echt veel gebeurt er tot nu toe niet in mijn woonplaats Oisterwijk. We gaan met zijn allen kijken naar de attracties op de kermis, ProRail graaft een tunnel onder het spoor om ‘in the middle of nowhere’ wandelaars te faciliteren, de gemeente moet weer eens betalen voor het negeren van rechterlijke wensen. Het zijn de foto’s die er nog iets van moeten maken. Een enkele volhouder omringd door lege karretjes, een smalle, naargeestige sleuf zonder kleur met tralies en gaas, het portret van de burgemeester. Vooral dat laatste doet een beetje pijn. De beste man moet het ook maar doen met de medewerkers die hem zijn toebedeeld. Het zal echt niet zo zijn dat hij zelf zit te beslissen verzoeken van de rechter in de prullenbak te gooien.

Vroeger was dat anders. Ik heb er ooit een column over geschreven. Er gebeurde destijds helemaal niks in Oisterwijk zonder dat de burgemeester erin was gekend. Als toen een rechter vroeg om een toelichting of nadere informatie, haalde geen enkele ambtenaar het in zijn of haar hoofd die kwestie niet onmiddellijk door te spelen. Sinds de gemeentelijke organisatie is opgetuigd met allerlei managementslagen, kan een burgemeester alleen nog wat grote lijnen schetsen en hopen op het beste. Alleen steeds die sombere foto van hem in zwart en wit: kan die niet een keer weg?

Treurnis is wat de bovengenoemde foto’s met elkaar verbindt. Kijk er te lang naar en je ontkomt niet aan de indruk dat Oisterwijk gebukt gaat onder een zware last. Natuurlijk hebben de geplaagde inwoners met hardleerse bestuurders en een van Hamas afgekeken infrastructuur geen reden zich vrolijk in het kermisgewoel te storten. Om er nog iets van te maken vertellen we elkaar dat het geen pas heeft kritiek te hebben op de inspanningen van hardwerkende plaatsgenoten. De tunnelbak onder het spoor zal binnenkort kleur krijgen in de vorm van een rood plaatje met de waarschuwing dat het een gemeentelijk monument betreft. Een ambtenaar met humor zal wat zebrastrepen op de vloer schilderen en aan de leden van het college vragen in ganzenpas de oversteek te wagen. Het bijzondere moment zal voor de eeuwigheid worden vastgelegd op de gevoelige plaat en in een bijdrage van de stadsdichter. Toeristen krijgen de mogelijkheid met een speciaal toeristentreintje naar de plaats-delict te worden gereden om de ervaring zelf op te snuiven. Door hun grote aantallen bewijzen ze het ongelijk van een zelfbenoemde stadscolumnist.

Misschien ben ik inderdaad een beetje somber geworden door alle ellende van de laatste tijd. Dat zou kunnen. Ik ben vergeten dat Oisterwijk ook de gemeente is waar bestuurders wegkomen met uit de duim gezogen verhalen over veilig geschilderde fietspaden, Ei-van-Columbus-rotondes die uitnodigen het gaspedaal nog wat verder in te trappen en raadsleden die in functie jagen op een verschrikte eekhoorn. De tunnelbak is wellicht minimalistisch uitgevallen en geen aanrader voor mensen met mijn postuur, maar hij levert wel inspiratie voor jaren op. Ik voorspel nu al dat er straks Oisterwijkers zullen gaan roepen de voorziening op te leuken met een dorpspomp die bier levert en vermoedelijk ook maar meteen een kiosk voor de muziekuitvoeringen tijdens de avondvierdaagse. Een automatische camera maakt kiekjes van de benauwde gezichten tijdens de oversteek. Nu ik er langer over nadenk, vind ik zo’n doorkijkje eigenlijk toch best wel wat hebben. Benieuwd waar mijn plaatsgenoten nog meer mee komen.

 

Meer columns van Roland Smulders

Facebookpagina van Roland Smulders