Care Inn

Column Roland Smulders: Weer snel uit beeld


Columnist Roland Smulders neemt u mee, een kijkje in zijn Oisterwijk:

Roland Smulders (Foto: Iris de Groot).

 

De officiële Olympische Spelen zitten er weer op. Geen nood. Nederland schudt de kussens van de bank op en schakelt soepel door naar de Paralympische Spelen. Heel Nederland? Nee, ergens in een dorp met de naam Oisterwijk zit ‘un petit garçon’ een beetje triest te zappen. Ik heb heel veel bewondering voor sporters die zich niet laten kisten door een gebrek aan ledematen. Daar ligt het echt niet aan. Ik raak de beelden alleen moeilijk kwijt. Helemaal als ik ze ineens de hele tijd krijg voorgeschoteld, terwijl het er jarenlang niet over ging.

Hopelijk vormt mijn beperking voor anderen geen reden met een bedenkelijke blik naar mijn woonplaats Oisterwijk te kijken. Voor zover ik weet wordt er door dorpsgenoten wel gewoon naar de paralympische verrichtingen gekeken. Op die manier blijf ik nog wat op de hoogte. Zelf ben ik officieel erkend ongeschikt voor welke vorm van sport ook. Als iemand een paralympische medaille verdient, dan ben ik het toch wel. En reken maar dat heel veel al dan niet beperkte landgenoten in dat geval snel op zoek gaan naar een ander programma. Zo verschillend zijn we helemaal niet.

Waar ik wel graag naar kijk? Nou, naar berichten over de Catalaanse Robin Hood Carles Puigdemont bijvoorbeeld. Hij was premier van Catalonië en liet de Spanjaarden heel brutaal opdraaien voor de kosten van een referendum dat die Spanjaarden een behoorlijk stuk Spanje kon gaan kosten. Sindsdien houdt hij zich schuil in België en duikt hij af en toe ineens in hartje Catalonië op om daar dan snel een dikke middelvinger op te steken. Zolang hij geen bommen laat ontploffen en met scherp gaat schieten, vind ik het wel leuke televisie opleveren. Zeker als het de Spaanse agenten maar niet wil lukken hem uit een kofferbak te halen.

In mijn woonplaats Oisterwijk hebben we nog geen last van vrijheidsstrijders. Wel van sterrenkinderen die vertrouwen op tarotkaarten, maar dat is een ander verhaal. Het lukt het gemeentebestuur verder tot nu toe vrij aardig afscheidende sentimenten in de deelkernen onder de duim te houden met een geraffineerde politiek van verdeel en heers. De ene groep krijgt een mooie kiosk voor de plaatselijke harmonie en een andere beweging een dorpspomp waar op feestelijke dagen bier kan worden getapt. Ik zie in mijn gedachten al de nodige wenkbrauwen verkrampen. Wordt het weer zo’n soort column? Ja, dan moeten jullie maar zorgen dat er wat over Oisterwijk te melden valt. Ik heb tenslotte ook mijn nek uitgestoken.

Misschien moet ik voortaan ook alleen nog Oisterwijkse columns schrijven als Oisterwijk het benodigde materiaal levert. Op die manier doet de stadsdichter het ook en hij komt er tot nu toe ongehinderd en fluitend mee weg. De inhoud van zijn gedichten gaat mijn pet doorgaans ver te boven, maar dat komt omdat ik niet geleerd heb op zijn abstractieniveau te verkeren. Ik ben meer een marginale dorpscolumnist voor de onderbouw, zal ik maar zeggen. Die moeten er tenslotte ook zijn. We duiken ieder op onze eigen manier op als een plaatsgenoot zich belangrijk dreigt te maken, of als de gemeente van plan is het gevaar voor fietsers nu eens echt te bezweren. En vervolgens verdwijnen we weer snel uit beeld. Kijken of er nog wat op televisie is.

 

Meer columns van Roland Smulders

Facebookpagina van Roland Smulders