Het college (burgemeester en wethouders) heeft niet gewacht tot na de zomer, maar middels een ingelaste extra collegevergadering alsnog werk gemaakt van de voortgang in een een handhaving- en bezwaarprocedure. Het betreft de procedure die lang werd uitgesteld en waarop de rechter recent een dwangsom heeft opgelegd.

Afgelopen jaren zijn er veel rechtszaken verloren door de gemeente, omdat de gemeente onvoldoende kennis en/of capaciteit heeft op juridisch vlak. Eerst werd dit in reactie op vragen van raadsleden door de burgemeester afgedaan als zijnde dat er geen problemen zijn, maar die bleken er wel te zijn. Ook in dit voorbeeld vermeld het college in haar stukken dat er sprake is van het ‘uit beeld raken’ van de zaak vanwege ‘personele omstandigheden’. Zowel capaciteit als kennis blijken ook in deze zaak voor problemen te zorgen die niet tijdig zijn erkend.

Inhoudelijk

Burgemeester Hans Janssen, portefeuillehouder voor de gemeentelijke juridische zaken (Foto: Masja Vlaminckx).

De zaak gaat over een inwoner uit Oisterwijk die een verzoek tot handhaving heeft gericht aan de gemeente, om iets te doen aan winkelverkoop bij een boerderijwinkel aan de Oliviersweg. Volgens deze inwoner mag er op die locatie geen winkelverkoop zijn. In het bestemmingsplan staat dat nevenfuncties zoals winkelverkoop zijn toegestaan indien er sprake is van een agrarisch bedrijf, de producten die verkocht worden van dat bedrijf afkomstig zijn en/of vallen onder boerderij- en streekproducten. Beide tot maximaal 200 m2 winkeloppervlak. Daarbij moet de winkelverkoop ondergeschikt zijn aan de agrarische bedrijfsvoering.

Bezwaarcommissie

Volgens de bezwaarcommissie heeft de verzoekende inwoner gelijk, en zou er geen winkel mogen zijn; althans niet met de nu in uitvoering zijnde producten. Het college moet met die informatie een besluit nemen, maar heeft dat – zoals de rechter constateerde – nog niet gedaan. Dit komt mede omdat er volgens het college meer speelt. Het zou ook nog gaan om een verzoek ‘handhavend op te treden tegen vis roken, de aanwezigheid van springkussens, stalling van winkelwagens en een papierperscontainer, gebruik van de buitenruimte voor houtopslag en tegen andere gevestigde nevenfuncties.’

Onderzoek

Het college heeft in de extra ingelaste collegevergadering nog geen inhoudelijk besluit genomen. Volgens het college betreft deze kwestie een ingewikkelde zaak, waarvoor extra onderzoek en advies nodig is van de agrarische beoordelingscommissie. Deze ‘zorgt voor helderheid van ter zake deskundige medewerkers’. Voor dit onderzoek dient extra informatie te worden opgevraagd en de beoordelingscommissie zal hier ook enkele weken voor nodig hebben. Tot slot zal het college van Gemeente Oisterwijk een besluit moeten nemen, maar daarvoor ook eerst de zienswijze van alle betrokken partijen moeten opvragen. Dit zal naar verwachting 12 weken in beslag nemen.

Kosten

De rechter heeft besloten (klik) dat Gemeente Oisterwijk binnen twee weken moet reageren. Dat gaat niet lukken; de inwoner moet nog ‘even’ wachten. Daarmee komt ook dat Gemeente Oisterwijk de dwangsom van 100 euro per dag moet betalen die de rechter heeft opgelegd. Het college schat in dat deze een dwangsom moet betalen van €8.400,- , met het uitgangspunt dat de doorlooptijd van 12 weken wordt gehaald. Mocht die doorlooptijd niet gehaald worden – zo stelt het college – kan de dwangsom oplopen tot €15.000,-.  Hierbij komen nog de advieskosten van minimaal 1.650 euro (als de zaak complex is kan dit meer worden), en uiteraard alle eerdere gerechtelijke kosten  van 2.066,50 euro en de kosten van gemeentelijke juristen en personeel.