Het Sint-Jansplein in Moergestel, waar dorpsgenoten elkander treffen en omarmen.
Dagelijks zie ik vanuit éénhoog door het raam vanaf mijn vaste stekOnder mij het vriendelijk ogend, immer lokkende en vredige Sint-Jansplein
Waar altijd dorpsgenoten zijn want het is de Moergestelse ontmoetingsplek
En ik blijf hopen dat de mensen die daar lopen gezond en ook gelukkig zijn
Ik zie herberg de Veerkes en Hierneffe, Den Boogaard en restaurant Bij Wout
Gastvrije locaties waar mensen elkander treffen en samen de glazen heffen
Ik wil er zo graag altijd bij zijn omdat ik van dat fijne dorpse sfeertje houd
En me thuis voel bij de mensen die de waarde van saamhorigheid beseffen
Ook een dorpspomp is er te vinden op dit met “kinderkopjes” bestrate plein
Haalt men dorstig zijnde, smachtend naar gerstenat, daarvan de zwengel aan
Dan komt er drinkbaar helder water zoals dat er voor elke mens moet zijn
Maar helaas geen schuimend goudgeel bier uit die aloude pomp zijn kraan
Niet te missen is Fons d’n Bels van brons, standbeeld op de kop van het plein
Daar staande, trots kijkend naar de schoen in zijn linker- en zijn rechterhand
Eert hij de werkers in de schoenmakerij waarop ze in Géssel fier mogen zijn
Want het schoeisel dat die mensen hier maken is gewild in gans het land
De oude kerktoren steekt hoog uit boven plein en bouwsels daaromheen
Al eeuwenlang Moergestelnaren imponerend en hen daardoor inspirerend
En hoort men daarin de klokken luiden dan weten ze het in het dorp meteen
Rouw, de klokkenklanken klinken droevig; vreugde ze beieren stimulerend
Ik zie ook elke zondagmorgen mensen trouw en vroom ter kerke gaan
Als ware katholieken erop vertrouwend dat de kerkgang bemoediging biedt
Niets of niemand kan hen doen twijfelen aan de Here God zijn bestaan
Maar tóch moeten ze dat wel geloven want zeker weten doen ze het niet
Maar het meest toch boeien mij de mensen die zich verpozen op het plein
Wát, zo mijmer ik, zullen van hen allen die daar steeds vredig samenkomen
Toch de gedachten, het verwachten en de innerlijke gemoedsrust zijn?
Och, elke mens heeft zijn niet te delen geheimen, emoties en mooie dromen
Het plein, en dat vind ik o zo jammer, heeft helaas nog een groot gemis
Een kiosk en spuitende dorpsfontein zouden de blikken moeten vangen
Ongetwijfeld zo denk ik maar is voor élke Moergestelnaar zeker en gewis
Een podium om op te zingen en een fontein om in te springen, een verlangen
Ton van de Wouw
Stadsdichter