Halverwege Oisterwijk-Moergestel langs de route die deze dorpen verbindt
Staat een witgekalkt klein kapelletje en bij u rinkelt nu vast wel een belletje
Men weet: ’Onze Lieve Vrouw van de Vrede’; dat bouwseltje is ’beroemd’
En het wordt wijd en zijd door man en vrouw en kind met eerbied vernoemd
Dit devotiehuisje op het Vredespleintje waar de kommervolle gelovige mens
Een kaarsje brandend met een wens en bede tot Maria gemoedsrust vindt
Slechts lichtelijk verscholen in het alom weelderige groen is het niet te missen
Voor wie de voornoemde verbindingsader tussen beide dorpen begaat
Daarom hoeft men er ook niet naar te gissen waar dit mooie bedehuisje staat
Men ziet daarin altijd kaarsjes branden, nederig opgestoken met de handen
Van mensen die iets wensen en hopen dat Moeder Maria hen zal aanhoren
Niet wetend van tevoren of Zij over hun smeekbede barmhartig zal beslissen
Wie het knus kapelletje deemoedig binnengaat wordt op slag bevangen
Door de serene sfeer die er heerst en voelt weldadige rust over zich komen
En dan ineens ontstaan bij hem of haar in dit veldkerkje wonderlijke dromen
Dromen over vrede, veiligheid en geluk voor elke mens op Moeder Aarde
Want niets toch is in het leven van de mensen van nog grotere waarde
Helaas voor miljoenen van hen slechts een utopie, een innerlijk verlangen
1940/1945 en onze tijd nu! Tachtig jaar geleden werden Oisterwijk, Moergestel, Heukelom en Haaren van de Nazi-terreur bevrijd
Die vrijwording van de Duitse overheersing gedenken en vieren wij dezer dagen intens
Maar toch leven in onze gemeenschap nu sombere gedachten bij menig mens
Dankbaar voor de bestaande vrijheid maar vrezend de tekenen van onze tijd
Want onderdrukking, terreur, oorlog en conflicten ze zijn overal, haast wereldwijd
Kom allen, we gaan een kaarsje branden bij Maria van de Vrede in ons geliefde veldkapelletje voornoemd
En we richten daar in saamhorigheid bijeen, openlijk en onverbloemd
Zonder géne want wat let je, tot ons aller Hemelse Moeder een schietgebedje Hand in hand met hoop op wereldwijde vrede taande op het Vredespleintje.
Daar horen we helaas geen vrolijk klingelend belletje maar dit onheilspellend seintje: hoed u, het is de hoogste tijd, wees op weer een (wereld)oorlog voorbereid!!!
Ton van de Wouw
Stadsdichter