Recent werden metingen verricht bij het spoor in Oisterwijk. Dat werd gedaan door ProRail, om inzage te krijgen in trillingen. Daarna werd de overweg aangepast, om trillingen in de omgeving te voorkomen.
Afgelopen week zijn er opnieuw meetpunten aangebracht in hetzelfde stuk grond, direct naast de spoorovergang aan de Joannes Lenartzstraat in het centrum van Oisterwijk. Deze keer echter niet specifiek voor het meten van trillingen, maar uitgevoerd voor wetenschappelijk onderzoek. Met dit onderzoek wil ProRail samen met TU Delft, Deltares en TNO een rekenmodel ontwikkelen waarmee voorspeld kan worden in welke situaties spoortrillingen ontstaan.
In het onderzoek wordt het ontstaan van spoortrillingen wetenschappelijk benaderd. Promovendus You Wu doet onderzoek naar de oorzaak van trillingshinder bij onderbrekingen in treinsporen. Het onderzoek van Andrea Jara Barrera gaat over hoe trillingen door de ondergrond van het spoor bewegen en hoe deze in de loop van de tijd verandert. Promovendus Lexin Li onderzoekt hoe golven, veroorzaakt door treinverkeer, door de grond bewegen. En Sijia Zhou probeert de voorspelling van spoortrillingen te verbeteren door te kijken naar de echte stijfheid van het spoor, en hoe dit op verschillende plekken verschilt.
Rekenmodel
Het rekenmodel dat door ProRail en haar kennispartners ontwikkeld wordt, draagt de naam STEM. Dit is een afkorting van Spoor Trillingen Emissie Model. Het model voorspelt in welke situaties spoortrillingen ontstaan én in welke situaties bronmaatregelen effectief zijn. Dit is nu moeilijk te voorspellen. Het rekenmodel is bedoeld voor ingenieursbureaus die zich al bezighouden met trillingen.
In de eerste versie van STEM is alle bestaande kennis over spoortrillingen bij elkaar gebracht. Het model kan nu rijdende treinen nabootsen op verschillende soorten ondergrond. In januari 2025 komt de tweede versie van STEM uit. ProRail, TU Delft, Deltares en TNO werken sinds juni 2022 intensief samen op dit onderwerp.