Niet alleen de term ‘aanvullend’ bij de bedragen die de gemeente in haar berichtgeving hanteert kan mogelijk voor verwarring zorgen, ook de reservering voor groot onderhoud is niet meegeteld in de berichtgeving van de gemeente over de mogelijke toekomst en benodigde investering van buitenbad Staalbergven.
De cijfers van het mogelijk nieuwe Staalbergven op een rij.
Net als vorig jaar, heeft het college van de gemeente Oisterwijk besloten om de raad voor te stellen om Openluchtbad Staalbergven op de huidige locatie te revitaliseren. Als het aan het college ligt, kiest de raad voor het scenario waarbij het diepe wedstrijdbad komt te vervallen.
Verschillen
In het voorstel zijn enkele verschillen in cijfers zichtbaar ten opzichte van het voorstel van 2023. Zo is de benodigde investering een miljoen hoger en is ook het jaarbedrag aan kosten hoger. Kort samengevat betreft het voorliggende voorstel ook nu om het Staalbergven met strand, zwemmen in het ven, een recreatie-chloorbad, een peuterbad, horeca, kleedkamers, douches, entreegebouw en alle technsiche- en speelvoorzieningen te vernieuwen. Alles nieuw, met uitzondering van het diepe wedstrijdbad met duikplank, deze komt te vervallen. De voorliggende renovatie zonder het wedstrijdbad werd in 2023 geraamd op 5 miljoen euro; anno nu ruim 6 miljoen. Daarbij komt 250.000 euro voorbereidingskosten.
Cijfers
Die 6 miljoen euro wordt uitgesmeerd over veertig jaar, met een jaarlijkse aflossing en rente. Samen met de te verwachten exploitatiekosten zoals personeel en overige kosten komen de totale geschatte jaarlijkse kosten op 597.155 euro. Met een verwachte opbrengst uit entree en verhuur van 204.500 euro zou de gemeente per saldo (gemiddeld / geschat) jaarlijks 392.655 euro moeten bijleggen; ruim tweemaal zoveel als wat momenteel in de begroting is opgenomen. Zou men ook het wedstrijdbad vernieuwen, dan bedragen de jaarlijkse kosten 809.172 euro aan uitgaven, minus een geschatte inkomsten van 276.500 euro; blijft over 532.672 euro. In de berichtgeving van de gemeente heeft deze het groot onderhoud (respectievelijk 47.000 of 87.500 euro) en de 166.550 euro die reeds in de huidige begroting voor het buiten zwemmen is opgenomen van de totale kosten afgetrokken. De bedragen die daar staan vermeld ogen daarmee veel gunstiger dan de werkelijk door de gemeente jaarlijks te betalen kosten.
De entree
Het plan is ook om de entreegelden te verhogen, en de jaarlijkse inkomsten uit de kaart- en abonnementsverkoop te verhogen. Voor een los kaartje voor iedere bezoeker boven de 12 jaar vraagt de gemeente straks 8 in plaats van de huidige 6 euro (133%). Een los kaartje voor kinderen van 3 tot 12 jaar kost straks ook 8 in plaats van de huidige 4 euro (200%). Abonnementen gaan van respectievelijk 30 en 20 euro naar 105 en 70 euro (350%). En voor een gezin gaat het tarief van 60 naar 210 euro per jaar (350%).
Het college verwijst voor minima door naar eventuele ondersteuningsmogelijkheden, die ook door de gemeente betaald worden (vestzak-broekzak). Deze regelingen zijn alleen voor inwoners die leven volgens het bestaansminimum; voor overige inwoners is verhoging van de entree wellicht ook een drempel om nog naar het zwembad te gaan.
Bezoekersaantallen
Tot voor corona waren 530 abonnementhouders goed voor 7.500 bezoeken. Samen met de individuele entree van 35.500 personen maakt dat een totaal per jaar van 43.000 bezoekers. Naar schatting 4.000 daarvan zouden niet betalen, vanwege de leeftijd onder de 3 jaar. Ofwel, 39.000 betaalde bezoeken. 60% daarvan zijn inwoners uit de gemeente; de overige komen uit de regio; 6% van verder. Ongeveer 49% van de bezoekers heeft de leeftijd van 3 tot 15 jaar; ongeveer 48% heeft de leeftijd van 16 tot 64 jaar. Rekening is gehouden met 12,5 tot 25% minder bezoekers bij vervallen van het wedstrijdbad. Dit zou neerkomen op 5.000 tot 10.500 bezoekers minder per jaar.
In het voorstel van 2023 werd geen mindering meegenomen vanwege het hogere entreetarief. Onze redactie heeft daar destijds vraagtekens bij gezet, maar dat was volgens de wethouder destijds niet nodig. Nu blijkt dat volgens de onderzoekers wel het geval: ‘In de geactualiseerde rapportage ook nog een correctie toegepast in verband met een verwachte daling van het bezoekersaantal als gevolg van de tariefsaanpassingen. Bij het wegvallen van het wedstrijdbad (scenario 3B) en na invoering van de voorgestelde prijsverhoging worden 24.500 bezoekers verwacht. Bij een volledige revitalisatie (scenario 3A) worden bij de voorgestelde prijsverhoging 33.500 bezoekers per seizoen verwacht.’
30 of 40 jaar?
Net als vorig jaar zijn er enkele in te schatten risico’s. Zo gaat het college uit van een afschrijving van 40 jaar. Daarmee worden ook de kosten van de investering over die 40 jaar uitgesmeerd. Het contract met Natuurmonumenten – de eigenaar van het gebied – is vastgesteld op 30 jaar. In theorie zou dat kunnen betekenen dat het bad na 30 jaar alsnog dicht moet. De jaarlijkse afschrijvingskosten die nu berekend zijn, zouden dan over de resterende tien jaar alsnog verrekend moeten worden. Een dergelijke situatie kan zich voordoen, mocht Natuurmonumenten over 30 jaar het zwembad willen sluiten, of bijvoorbeeld aanvullende eisen stellen aan de verlenging. Op zich geen vreemde gedachte, want ook afgelopen jaren was dat het geval. De gemeenteraad zou dit risico kunnen wegnemen, door te kiezen de afschrijvingsperiode gelijk te houden met de contractduur, waarbij de jaarlijkse kosten hoger worden, maar beperkt tot 30 jaar.
Planning
De baden zijn reeds enkele jaren gesloten. Vanwege achterstallig onderhoud zijn er lekken ontstaan waarbij chloorwater in de natuur terecht kan komen. Dit seizoen was ook het ven gesloten, vanwege hoog water en daarbij het risico op letsel aan de steigers die onderwater staan. Er is niet gekozen voor het aanbrengen van tijdelijke oplossingen. In de plannen staat – uitgaande dat de raad een akkoord geeft – een verwachte startdatum van renovatie in 2026. Pas na de renovatie zal het bad weer open kunnen. Daarbij mag vermeld worden dat bouwbeperkingen vanwege stikstofdepositie in het natuurgebied mogelijk voor vertraging en/of kostenverhoging kunnen zorgen.
Alternatieven
Veel inwoners en ook raadsleden willen het Staalbergven behouden. De vraag is of de raad daar voldoende financiële mogelijkheden toe ziet. Zo niet, zijn er alternatieven. Zo zou men alleen het ven kunnen gebruiken zonder zwembaden; Natuurmonumenten heeft eerder aangegeven dat daarmee mogelijk het natuurwater teveel belast wordt en daar geen voorstander van te zijn. Deze optie zou inclusief gebouwen e.d. ongeveer 2,5 miljoen gaan kosten; er zou dan ook minder entree worden ontvangen.
Een ander alternatief is de realisatie van een openluchtbad op een andere plek. Voordeel daarbij is dat de gemeente zo’n bad op eigen grond kan realiseren, en daarmee geen rekening hoeft te houden met de wensen van eigenaar Natuurmonumenten. Onderzocht kan worden of er gronden zijn, die net als het huidige bad in of tegen een natuurgebied aan liggen, om op die manier dezelfde sfeer te creëren. Mocht een realisatie van een buitenbad gekoppeld worden aan het bestaande binnenbad, ontstaat een andere sfeer, maar kan wel kostenbesparende efficiëntie behaald worden uit gecombineerd gebruik van personeel en voorzieningen. Deze en eventueel andere mogelijkheden zijn vooralsnog niet uitgewerkt.
De raad
Raads- en commissieleden hebben vorig jaar hun zorgen uitgesproken over de haalbaarheid van de financiën, en ook over het gemis aan het diepe bad, dat met name voor de jeugd een gemis zou zijn. De gemeenteraadsleden en met hen de inwoners moeten voor dit plan diep in de buidel tasten en ook de zwemmers gaan meer betalen. Tegelijk kijkt Gemeente Oisterwijk in de meerjarenbegroting uit op een miljoenentekort.
Een meerderheid gaf in 2023 aan dat het plan onvoldoende rijp was, er meer onderzoek nodig was naar onder andere kostenverlaging en verdienmogelijkheden. Die laatste mogelijkheden zijn onderzocht, maar daarin zijn geen oplossingen gevonden. Een aanvraag voor een subsidie is afgewezen. Een eventuele gefaseerde uitvoer zou voor flinke kostenverhoging zorgen; daar kiest het college niet voor. Er zijn na onderzoek en diverse gesprekken geen terugverdienmogelijkheden gevonden met bijvoorbeeld extra horeca activiteiten; festivals, feestelijkheden en muziek optredens e.d. zijn op dit terrein niet toegestaan. Alle ideeën om enige investering terug te verdienen blijken onmogelijk.